SEIZOENEN

WINTER

Omdat er in de winter in de Fraterwaard meer water is, zijn er meer vissen -waaronder de bekende kwabaal- en amfibieën. Dat er ook veel vogels zijn, is duidelijk te horen. Honderden ganzen, talloze eendensoorten en snippen overwinteren hier in de weilanden en hanken. In de sneeuw zijn sporen te zien van dassen en vossen die over de dam komen om de kronkelwaard te bezoeken.

LENTE

In dit jaargetijde is het druk in de Fraterwaard. Veel weidevogels komen broeden. En veel trekvogels wippen langs. Sommige jonge ooievaars en zee- en visarenden die nog niet broeds zijn gebruiken het gebied om te wonen of foerageren. Bloemen gaan bloeien en de kruiden gaan geuren

ZOMER

Insecten, otters, bevers en zelfs dassen zijn nu zeer actief. De vleermuizen, waaronder de watervleermuis, zijn ontwaakt uit hun winterslaap. Lepelaars komen uit de omringende uiterwaarden -waar ze in hogere bomen wonen- om te foerageren.

HERFST

Opnieuw komen er veel trekvogels in het gebied. En er is nu een kans om een echt wilde fazantenhaan te zien, met een hele lange staart: deze zijn bijzonder zeldzaam! De reeën zijn weer duidelijker zichtbaar, omdat er minder beschutting is. En het water stijgt weer: de vissen en amfibieën komen weer terug.